Sturen op vruchtbaarheid verhoogt levensduur melkkoeien
De levensduur van koeien is belangrijk voor de duurzaamheid van de Nederlandse melkveehouderij. Het is niet voor niets onderdeel van de Duurzame Zuivelketen. Ook vanuit economische oogpunt is een hoge levensduur aantrekkelijk. De investeringen in de opfok kunnen immers over meer lactaties, dus meer kg melk, worden uitgesmeerd. Een veehouder heeft verschillende handvatten om de levensduur te vergroten. Eén daarvan is te zorgen voor een uitgebalanceerd rantsoen zodat de koeien in conditie blijven wat de vruchtbaarheid ten goede komt. Dat is belangrijk omdat verminderde vruchtbaarheid een van de belangrijkste redenen voor afvoer is.
Naast mastitis en klauwproblemen is het (niet op tijd) drachtig worden een reden om koeien versneld af te voeren. Maar liefst dertig procent van de vervroegde afvoer is toe te schrijven aan problemen met de vruchtbaarheid. Een van de belangrijkste oorzaken dat koeien moeilijk drachtig worden is dat ze na het afkalven te veel interen op hun conditie door een negatieve energiebalans.
Negatieve energiebalans en vruchtbaarheid
Een negatieve energiebalans ontstaat als een koe meer energie benut voor de melkproductie dan ze via het voer kan opnemen. Ze spreekt dan haar reserves aan wat ten koste gaat van haar conditie. Dit is vooral een risico in de eerste 100 dagen van de lactatie. De melkproductie piekt dan maar de voeropname zit dan nog in een ‘opstartfase’. Deze periode is echter ook de belangrijkste periode voor de vruchtbaarheid. Na het afkalven komt de cyclus gewoonlijk vrij snel weer op gang.
Slecht tochtig worden
Voor een gunstige tussenkalftijd is het zaak om rond de 60e dag in lactatie te insemineren. Door een negatieve energiebalans kan de opstart van de cyclus verstoord raken en uitblijven. De koe benut dan haar reserves voor de aanmaak van melkvet waardoor er onvoldoende energie beschikbaar is voor de aanmaak en ontwikkeling van eicellen. Met name hoogproductieve koeien raken daardoor minder snel tochtig. De eicellen die zich bij een negatieve energiebalans de eerste 100 dagen wel ontwikkelen zijn vaak van mindere kwaliteit. Ook dit heeft te maken met het tekort aan energie.
Koe in conditie houden
Een tekort aan energie is niet op te vangen door de koe meer voer aan te bieden. Dit omdat de koe gewoonweg niet meer volume kan/wil vreten. Hoe houd je de koe dan wel in conditie? Het meest effectief is om het aandeel energie in het voer te verhogen. Zo krijgt de koe met elke hap meer energie binnen en duikt het dier minder ver in de negatieve energiebalans.
Meer energie in het voer
Het aandeel energie in het voer is te verhogen door het toevoegen van voeders met een hoge energiewaarde. Vet is er daar één van. Pensbestendige vetzuren bevatten veel VEM per kg droge stof. Megalac bevat zelfs 3.750 VEM per kg droge stof. Dit betekent dat je met een kleine hoeveelheid daarvan al heel veel extra energie kunt toevoegen.
Juiste balans vetzuren
Met pensbestendig vet in het rantsoen is het mogelijk om de negatieve energiebalans af te vlakken. Daarbij is het wel belangrijk te zorgen dat de juiste vetzuren op het juiste moment worden verstrekt. Elk vetzuur heeft namelijk zijn eigen specifieke uitwerking. Zo heeft het vetzuur C16:0 de eigenschap om de melkvetproductie te boosten. Aan het begin van de lactatie kan dit juist resulteren in een grotere negatieve energiebalans als het pensbestendige vet uit alleen dit vetzuur bestaat. Het vetzuur C18:1 (oliezuur) in pensbestendige vorm -dus als Ca-zout- heeft juist een positief effect op de conditie van de koe en herstelt de balans tussen melkgift en conditie. Bovendien zorgt het vetzuur voor een betere verteerbaarheid van het totale vet in het rantsoen.
C18:1 naar lichaamsvet
Het toevoegen van het vetzuur C18:1 zorgt dan ook voor een afname van de negatieve energiebalans en draagt eraan bij dat de koe beter in conditie blijft. Dit zorgt ervoor dat de cyclus van de koe na het afkalven eerder opstart en dat de kwaliteit van de eicellen beter is. Ook de follikelwand en het gele lichaam zijn van betere kwaliteit als een koe beter in conditie is. Koeien zijn daardoor sneller tochtig en wordt embryonale sterfte voorkomen. Dit zorgt ervoor dat de koeien gemakkelijker drachtig worden en draagt bij aan een optimale tussenkalftijd.
Gericht voeren
Een juiste combinatie van vetzuren, of het gericht voeren van vetzuren per lactatiestadium, is dan ook belangrijk. Niet elke pensbestendig vet is hetzelfde en de verschillende producten hebben elk een eigen effect op de koe. Bij de samenstelling van het rantsoen en de keuze om pensbestendige vetten toe voegen is het dan ook belangrijk om naar het vetzurenprofiel te kijken. Kies aan het begin van de lactatie bij voorkeur een supplement met een hoog aandeel C18:1 in Ca-zout vorm. Zo werkt u aan de vruchtbaarheid en daarmee duurzaamheid van uw melkveestapel.
Wilt u weten wat de mogelijkheden zijn voor het optimaliseren van het rantsoen met pensbestendige vetten? Bekijk dan het aanbod pensbestendige vetten op www.megalac.nl/producten